Reis naar de Outback dag 2 (17 juli 2014)

Wat een heerlijke manier om wakker gemaakt te worden, met subtiele gitaarmuziek. ’t Was alleen wel 5.30… en nog donker en koud (3⁰C). Lastig om in het donker je kleren te zoeken en de tassen in te pakken. We hebben ook gewoon weer te veel zooi bij ons, ondanks dat we 3 tassen/koffers in het resort hebben laten staan. Om naar het toiletgebouw te gaan moeten we zo’n 300 meter lopen. Als Marijke en ik terugkomen is de ontbijtboel al opgeruimd en krijgen we geen ontbijt. Gelukkig hebben we nog een paar broodjes van de dag ervoor. Met z’n allen weer de bus in om rond 7.00 de zonsopgang te bekijken. Ook hier zijn speciale plekken voor waar meerdere groepen naar toe gaan, een beetje druk dus. Maar wat een prachtige kleuren! Absoluut de moeite om hier vroeg voor je bed uit te komen!

Rond 7.45 rijden we weer richting de Uluru, maar die laten we nu links liggen om door te rijden naar de Kata Tjuta, dit ligt zo’n 30 km van de Uluru vandaan.
Kata Tjuta, dat vroeger The Olgas heette, betekent vele hoofden in de taal van de lokale Anangu-Aborigines. Het is een formatie van een dertigtal koepelvormige rotsen, waarvan de hoogste meer dan 500 meter hoog is. De rotsen van Kata Tjuta liggen verspreid over een gebied van meer dan twintig kilometer. De hoogste top is Mount Olga, die is vernoemd naar koningin Olga van Württemberg.

De kleur van Kata Tjuṯa varieert onder de veranderlijke lichtinval van rood tot okergeel. Dit komt door de oxidatie van het metaal in de rots, dit komt waarschijnlijk omdat het rode centrum vroeger een zee zou zijn geweest. Zonder deze oxidatie zou de rots er helemaal niet zijn omdat het anders door de erosie zou zijn verdwenen.
Kata Tjuta is een heilige plaats voor het Anangu-volk, dat hier al meer dan 22.000 jaar woont. De zandstenen koepelvormige rotsen van Kata Tjuta zijn naar schatting zo’n 500 miljoen jaar oud.
De term Kata Tjuta komt uit de taal van de Aboriginal-stam de Pitjantjatjara en betekent ‘vele hoofden’. De Pitjantjatjara kennen veel legenden over Kata Tjuta.
Volgens de Aborigines woont op de hoogste rots van Kata Tjuṯa een mythologische slang, Wanambi genaamd, in een waterhol dicht bij de top. De haren van de slang zijn de donkere lijnen op de oostkant van de rots. De wind die door de vele gaten van de rots waait is zijn adem. Als de slang erg boos is zwelt deze aan tot een orkaan.
Kata Tjuta is een heilige plaats voor de mannen van de Anangu-cultuur en veel legenden over deze plek zijn geheim.

Bij de Kata Tjuta maken we een wandeling door de Valley of Winds (vallei van de winden). Het eerste stuk is makkelijk te lopen, maar daarna dalen we af door over lossen stenen en ongeplaveide paden. De wind waait om onze hoofden, en we zijn blij met de mutsen en petten die we toch nog maar opgedaan hebben. Maar wat een prachtige wandeling, we klauteren en klimmen er vrolijk op los en onderweg genieten we van de uitzichten met mooie blauwe luchten en witte schapenwolkjes. Die doen het altijd goed op de foto’s . We maken de wandeling niet helemaal, maar gaan tot ongeveer halvewege. Er is simpelweg geen tijd om de hele wandeling te doen, dan komen we te laat aan op onze volgende bush-camp. De dagen zijn hier korter dan in de zomer, dus om alles te zien, moeten we soms wel wat snel van het ene naar het andere. Na de wandeling rijden we naar de kamelenfarm vlak bij onze eerste bush-camp. Gertjan is blij, want nu kan hij even teruglopen om zijn vergeten zonnebril op te halen. Op de kamelenfarm blijkt dat niet nodig te zijn, een van de medewerkers heeft zijn bril gevonden en alvast meegenomen . Op de kamelenfarm bakken we zelf hamburgers en worstjes die we lekker opsmikkelen. Hierna gaan we weer de bus in voor een rit van zo’n 4 uren om naar onze volgende camp te rijden. Na een paar stops (plas en houtsprokkel) komen we rond 18.00 uur aan in ons basic camp. Dit kamp ligt echt ergens off-road in de Outback. Waar er de vorige nacht nog veel meer groepen in de buurt waren, zijn we nu helemaal alleen. Nu geen toiletgebouw, maar een wc die zo’n 50 m verderop ligt, zonder ligt, maar met een vitrage als deur. Heerlijk! Terug naar moeder natuur! Douchen kon ook, het vuur onder het water werd opgestookt en als je wil kon je douchen, ik geloof dat er 1 persoon een douche genomen heeft. Nu besluiten we deze nacht allemaal in de swag te gaan slapen. Maar eerst wordt het eten gekookt in het kampvuur, wordt er brood gebakken in een pan die het kampvuur wordt gezet, en wordt dit allemaal opgegeten bij en kampvuur. Jummie! Na de afwas en het opruimen haalt Rhett zijn gitaar weer tevoorschijn en zingt hij met de port er weer lekker op los. Na om de beurt bij de enige kraan onze tanden gepoetst te hebben kruipen we in ons thermo ondergoed en met een muts op in de swags die rondom het kampvuur liggen. Pfft, ik heb het warm! En wat een prachtig uitzicht met al die sterren boven ons! Dit is toch wel heel bijzonder om dit mee te maken. Voor wie niet weet wat een swag is, dit is een canvas hoes om een matrasje heen (soort tuinstoelkussendikte), met daarop een slaapzak en een dubbelgevouwen dikke deken erop. De canvas hoes gaat hier vervolgens overheen en wordt dichtgeritst. Je hebt dus een soort tentje om je matrasje heen, de warmte blijft nu goed in de tent.
’s Nachts wordt ik nog eens wakker, en wat geeft die maan een licht! Ik kan bij maanlicht op m’n horloge zien hoe laat het is! En eigenlijk heb ik lekkerder in de swag geslapen dan in de tent..

2 gedachten over “Reis naar de Outback dag 2 (17 juli 2014)

  1. Wat is het weer genieten van de verhalen. En qua temperatuur zo onvoorstelbaar. Wij zoeken de koelte op in de schaduw van de bomen. Gisteren was iedereeen blij met de lange regenbui. Het is echt opgeknapt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.